Bereiding
Snipper de ui en bak glazig in olijfolie. Voeg de boerenkool toe en roerbak 5 minuten. Rasp de wortel en voeg toe. Roerbak nog 3 minuten verder. Laat afkoelen.
Spoel de witte bonen en laat uitlekken.
Voeg de witte bonen en het amandelmeel toe aan de boerenkool en wortel, mix glad met een staafmixer.
Kruid met het komijnpoeder, peper en zout.
Rol er balletjes van, ongeveer 3 balletjes per persoon, en zet koel.
Verwarm de oven voor op 220°C.
Halveer de paprika’s, verwijder de pitjes en leg ze met de velkant naar boven op een met bakpapier beklede bakplaat. Bestrijk ze met olijfolie en kruid met wat zout.
Zet 15 à 20 minuten in de oven tot het vel zwartgeblakerd is.
Leg de paprika’s in een kom, dek af met aluminiumfolie en laat minstens 15 minuten rusten. Daarna kan je het vel makkelijk verwijderen.
Snipper voor de saus de sjalot fijn. Snijd de gegrilde paprika’s in stukjes.
Stoof de sjalot en paprika aan in olijfolie. Voeg de bouillon en de roomkaas toe en laat even inkoken. Mix de saus glad. Kruid met het paprikapoeder, peper en zout.
Giet de saus in een ovenschaal en leg er de balletjes in. Zet de schaal 25 minuten in de oven, tot de balletjes mooi goudbruin zien. Werk af met de kaas en het basilicum.
Wat vond je van dit recept?
Laat het ons weten door dit recept een rating te geven.