Samosa’s

Mix de mayonaise met yoghurt, munt en limoensap. Kruid naar smaak met peper en zout.

Plaats in de koelkast tot gebruik.

Schil voor de eerste vulling de aardappelen en snijd ze in kleine blokjes. Snijd de wortel in blokjes. Kook ze samen met de wortelblokjes beetgaar in licht gezouten water.

Snipper de ui fijn en pers de knoflook fijn.

Snijd de chilipeper fijn. Hak de koriander fijn.

Bak de ui met look en chilipeper 1 minuut in hete arachideolie. Voeg het komijnpoeder, garam massala en kurkuma toe en roerbak nog eens 1 minuut.

Schep de aardappel- en wortelblokjes en erwten door het kruiden-uimengsel en breng verder op smaak met de koriander, peper en zout.

Pers de look fijn.

Meng de look, koriander, munt, cayennepeper en currykruiden door het gehakt.

Kruid naar eigen smaak met peper en zout.

Snipper de sjalot en meng met de kaas en bieslook.

Kruid naar eigen smaak met peper en zout.

Snijd of knip elk vel filodeeg in de lengte in 3 smalle repen.

Wrijf elke reep in met gesmolten boter.

Lepel een beetje van de vulling in de hoek van een reep. Plooi dicht tot een driehoekje. Plooi om en om tot een stevig driehoekje. Kleef de rand dicht met een beetje boter.

Herhaal dit met nog 3 vellen deeg.

Doe hetzelfde met de andere twee vullingen.

Frituur de samosa’s 5 minuten in een friteuse op van 180°C.

Laat ze op keukenpapier uitlekken.