Vogelnestjes in tomatensaus met aardappelpuree
Vogelnestjes zijn gehakballen met daarin een gekookt eitje. Deze klassieker wordt vaak geserveerd met (zelfgemaakte) tomatensaus. Lees hier onze tips om de beste vogelnestjes te maken.
Bereiding
Maak de tomatensaus
Snijd de sjalot en knoflook fijn.
Verhit een scheutje olijfolie en stoof de sjalot en knoflook zacht.
Voeg de passata, bouillonblokje en het water toe. Kruid met peper en zout. Laat op een zacht vuur 10 minuten koken.
Los het maiszetmeel op in 2 eetlepels water. Voeg toe aan de saus en laat nog 1 minuut meekoken. Zet opzij.
Maak de vogelnestjes
Kook de eieren gedurende 10 minuten. Laat schrikken in koud water.
Pel de eieren.
Meng het gehakt met het paneermeel en de eidooier, en kruid af met peper en zout.
Verdeel het gehakt in bollen volgens je personen, duw de bollen plat daarin een ei. Verdeel dan het gehakt verder rond het ei. Je pakt het eitje als het ware in met het gehakt. Druk goed aan tot een ovaal. Leg extra paneermeel in een kom en rol de vogelnestjes in het paneermeel. Druk goed aan.
Giet een scheutje olijfolie in een bakvorm. Leg de vogelnestjes in de bakvorm, besprenkel met olijfolie en beleg met een klontje boter.
Plaats in een voorverwarmde oven op 195°C gedurende 25-30 minuten. Schep tussendoor het braadvocht over de vogelnestjes.
Maak de puree
Schil en kook de aardappelen zacht in gezouten water. Giet af en laat goed uitlekken.
Pureer en meng met de boter, scheutje melk en kruid met nootmuskaat, peper en zout.
En verder
Serveer de vogelnestjes met de tomatensaus en aardappelpuree.
Wat vond je van dit recept?
Laat het ons weten door dit recept een rating te geven.